Tijdens en na de Ramp waren er veel slachtoffers die hulp nodig hadden. Mensen moesten eerst in veiligheid worden gebracht. Gelukkig kregen ze hulp uit veel verschillende hoeken.
Veel vissers varen tijdens de storm al naar het rampgebied. Daar redden ze mensen van daken, dijken, drijvend op vlotten en zich vastklampend aan bomen.
Plaatselijke helden
Ook mensen uit het rampgebied zelf komen in actie. Op de foto zie je het beeld 'Dubbeltje op zijn kant', een verwijzing naar Arie Evegroen. Hij dichtte met zijn schip een gat in een belangrijke dijk. Hierdoor ontsnapte heel Zuid-Holland aan de Ramp.
Zelf een radio bouwen
Ook Peter Hossfeld uit Zierikzee speelde een belangrijke rol. Hij bouwde met een fles en losse onderdelen een simpele radio. Hiermee vroeg hij om hulp en redde zo veel levens. Zijn radio, PA0ZKR, is nog steeds te zien in het Watersnoodmuseum.
Pas op maandagochtend ontving Middelburg het signaal uit Zierikzee. Er werd gevraagd om rubberboten en voedsel. Het leger en het Rode Kruis gingen aan de slag.
Gulle gevers
Slachtoffers van de Ramp hebben niets meer. Het Nationaal Rampenfonds doneert uiteindelijk 137,8 miljoen gulden voor de slachtoffers. Het Rode Kruis verzamelt bedden, kleding en medicijnen om hen te helpen.
Ook andere landen sturen veel spullen om te helpen. Denk aan voedsel, kleding en zandzakken om de dijken tijdelijk mee dicht te maken.
Huis cadeau
Veel slachtoffers van de Ramp zijn hun huis aan het water verloren. Landen als Noorwegen, Zweden en Denemarken sturen daarom geschenkwoningen.
