Herdenking Watersnoodramp 1953


De slachtoffers van de watersnoodramp worden jaarlijks op 1 februari herdacht. Dat gebeurt op begraafplaatsen en op plekken in het deltagebied waar na de ramp monumenten zijn opgericht. Op 6 november 2003, vijftig jaar na sluiting van het laatste dijkgat bij Ouwerkerk, verklaart toenmalig minister van Binnenlandse Zaken, Johan Remkes, de vier caissons van het Watersnoodmuseum en de omgeving tot Nationaal Monument Watersnoodramp 1953.MonumentBeeldend kunstenaar Gust Romijn heeft in opdracht van de gemeente Schouwen-Duiveland een monument ontworpen. Dit monument in de vorm van een ranke zuil staat naast het museum. Ook hier wordt jaarlijks de ramp herdacht. Elke tien jaar is hier de nationale herdenking van de watersnoodramp.

Terugblik Herdenking Watersnoodramp 1953 - Watersnoodmuseum Ouwerkerk

Watersnoodramp 65 jaar geleden

Op 1 februari 2018 organiseerde de gemeente Schouwen-Duiveland en het Watersnoodmuseum de 65-jarige Nationale Herdenking van de Watersnoodramp van 1953.
Voor een moment staan we stil, denken we terug aan de gebeurtenissen van ’53 en herdenken we hen die ons zijn ontvallen.

Na de Herdenking was er een symposium rondom de Verhalen over Water, in aanwezigheid van nabestaanden, ooggetuigen en vertegenwoordigers van betrokken organisaties en overheden. 65 jaar Verhalen over Water, van 1953 tot nu. Hare Koninklijke Hoogheid Prinses Margriet was hierbij aanwezig; ook in haar rol als erevoorzitter van het Rode Kruis. Het Nederlandse Rode Kruis was een van de partijen die tijdens de Watersnoodramp van 1953 op grote schaal in actie kwam. Het Rode Kruis ving slachtoffers op, verzorgde eten en drinken, verstrekte kleding, bedden, dekens, handdoeken en medicijnen en richtte noodhospitalen in.