Gedeeltelijke dijkversterkingen

Het versterken van de dijken rond de Oosterschelde, nodig geworden door de bouw van een stormvloedkering in plaats van een dichte dam.

Gedeeltelijke dijkversterkingen
Na felle protestacties vanuit visserij en milieu werd in november 1974 het besluit genomen om de Oosterschelde niet af te dammen, maar afsluitbaar te maken met een stormvloedkering. Het gevolg hiervan was dat de eerder toegezegde veiligheid van één overstroming in 4000 jaar (1/4000) niet in 1978 zou worden bereikt, maar pas in 1985. Dat vond Zeeland onaanvaardbaar. De dijken konden immers op dat moment nog steeds maar een storm keren met een kans van 1/100 per jaar.
Na veel politieke druk stemde het rijk in met tussentijdse dijkversterkingen waarbij 140 kilometer dijk in 5 jaar op een veiligheidsniveau van 1/500 per jaar moest worden gebracht.

Golfmetingen
De theoretische aanpak van de ontwerprichtlijnen van de Deltacommissie kon bij het ontwerpen van deze dijken niet gebruikt worden. Er waren golfmetingen nodig om de uitkomsten van de berekeningen aan de praktijk te kunnen toetsen. Deze metingen ontbraken en er was ook geen tijd om ze alsnog te doen.
Er was wél een goede reeks veekmerkwaarnemingen (zie Deltanormen voor de dijken)  beschikbaar, waarmee de vereiste kruinhoogte van de dijk met veiligheidsniveau 1/500, bepaald kon worden.
Snelheid was geboden waardoor er geen tijd meer was om het ontwerp optimaal te maken. Er werd daarom gekozen voor ‘liever iets meer dan iets minder’. Daarom zijn de dijken over het algemeen veiliger dan voor een overstromingskans van 1/500 per jaar nodig is.

Na verhoging (en verbreding) van de dijken door het Bureau Dijkversterkingen Oosterschelde bleek dat ook de steenbekledingen moesten worden versterkt. Want als de stormvloedkering gesloten is, blijft het water immers buitendijks onverminderd hoog tegen de dijk staan, waardoor de dijk op die hoogte zwaar belast wordt. Daar moet de dijk ook tegen bestand zijn. Deze werken werden in 1986 – 1987 uitgevoerd.

 

Zeeuws-Vlaanderen

Walcheren

Zuid-Beveland

32,5

Noord-Beveland

22,4

Schouwen-Duiveland

26,3

Tholen

39,7

Sint-Phillipsland

15,0

West-Brabant

13,7

Goeree

Voorne

Totaal

149,6

Lengte dijk- en duinverzwaringen in km
Gedeeltelijke dijkversterkingen